Pagina's

zaterdag 5 maart 2016

Review: Angst voor de winter - Het leven van Jan Arends

Angst voor de winter - Het leven van Jan Arends Angst voor de winter - Het leven van Jan Arends by Nico Keuning
My rating: 4 of 5 stars

Het tragische leven van Jan Arends in een biografie gegoten, geperst, geforceerd. Zijn leven en zijn gedachten waren een hel. Zijn teksten zijn pijnlijk, geniaal, waanzinnig. Arends schreef lijden, angst, treurnis, masochisme, verlangen, onbegrip, kilte, onmacht, oneindige eenzaamheid, wanhoop, gemis... vanuit een destructief onvermogen van zichzelf te houden, van anderen te houden, vertrouwen te hebben, normaal te zijn, mens te zijn. Hij is hard, emotioneel, zuinig, anders.
De biografie werpt een licht op zijn leven en tracht zo feitelijke verklaringen, oorzaken voor zijn literaire werk te geven -en slaagt daar deels in- maar doet in mijn ogen vooral afbreuk aan het genie van Arends. Ik heb ook het gevoel dat Keuning Arends niet begrijpt, dat velen Arends trouwens niet begrepen of begrijpen. Hij wordt behandeld als een geval: de gestoorde dichter, de tragische gek, het buitenbeentje, het psychiatrisch geval, de sociaal gebrekkige, de pervert, de abnormale; en daarmee zet Keuning verder wat Arends zijn ganse leven gekweld heeft. Alleen als je de woorden van Arends zelf ook kan voelen, dus ook een zonderling, een min of meer krankzinnige (geweest) bent, zie je dat hij er in het diepst van zijn ellende enkel naar verlangt normaal te zijn, een rustig leven te leiden, sociaal, stabiel, liefhebbend en geliefd.
Misschien was het een bewuste keuze van Keuning om het eerder neutraal te houden, bij de feiten te blijven. In elk geval is Angst voor de winter helder en goed geschreven en geeft het de figuur Arends meer reliëf. Keuning maakt ook mooi gebruik van de teksten van Arends zelf. Het laatste hoofdstuk, Het duister in, eindigt bijvoorbeeld met de magere, veelzeggende woorden:

Je
laat
jezelf
los
in de lucht.

View all my reviews

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

"Waarlijk vreemd vermag alleen te zijn wat menselijk is". Wisława Szymborska